Je bent hier: Orange Legal | Werkgevers | Wat is goed werkgeverschap?
Wat is goed werkgeverschap?
Je bent hier: Orange Legal | Werkgevers | Wat is goed werkgeverschap?
Juridisch advies & rechtshulp
Vaststellingsovereenkomst screenen
Goed werkgever
In de wet (artikel 7: 611 BW) is bepaald dat de werkgever zich als een ´goed werkgever´ moet gedragen.
Wat precies moet worden verstaan onder goed werkgeverschap wordt in de wet niet uitgelegd. Toch is via de rechtspraak door middel van jurisprudentie (gerechtelijke uitspraken) meer duidelijkheid ontstaan over de vraag wanneer een werkgever zich als goed werkgever gedraagt.
Vijf beginselen gerelateerd aan goed werkgeverschap
Uitgegaan dient te worden van vijf toepasselijke beginselen: zorgvuldigheidsbeginsel, het beginsel van verbod van misbruik van bevoegdheid, motiveringsbeginsel, vertrouwensbeginsel en gelijkheidsbeginsel.
1. Zorgvuldigheidsbeginsel (w.o. hoor-en wederhoor, onderzoek en evenredigheid)
Het zorgvuldigheidsbeginsel houdt in dat de werkgever zorgvuldig moet handelen bij al zijn gedragingen.
Dit betekent dat de werkgever in het kader van zorgvuldig handelen bijvoorbeeld bij beslissingen die op rechtsgevolg gericht zijn (bijvoorbeeld bij voornemen tot ontslag op staande voet) onderzoek moet instellen naar de feiten en belangen van de werknemer (en collega´s).
Daarbij ligt het ook op de weg van de werkgever om hoor- en wederhoor toe te passen. Werkgever moet de werknemer in staat stellen om zijn of haar verhaal te doen en om eventuele bezwaren kenbaar te maken.
Werkgever geeft ten slotte uiting aan het zorgvuldigheidsbeginsel door te voldoen aan het evenredigheidsbeginsel. Werkgever moet hierbij zowel de belangen van de werknemer als werkgever op behoorlijke wijze inventariseren en deze vervolgens zorgvuldig afwegen bij het nemen van beslissingen die op rechtsgevolg gericht zijn.
2. Beginsel van verbod van ´misbruik van bevoegdheid´
Het verbod van ´misbruik van bevoegdheid´ (´détournement de pouvoir´) houdt in dat werkgever bij haar handelingen, uitingen en gedragingen behoorlijke rekenschap dient te geven van de gezagsverhouding die bestaat tussen werkgever en werknemer.
Dat betekent dat werkgever zich dient te onthouden van willekeur. Werkgever moet berekenend, voorspelbaar gedrag vertonen.
3. Motiveringsbeginsel
Als werkgever moet je relevante beslissingen duidelijk motiveren. Het gaat dan om beslissingen die van invloed zijn op het verloop of het einde van de arbeidsovereenkomst. Te denken is aan een beslissing om het loon op te schorten, het loon stop zetten, een schriftelijke waarschuwing, een schorsing (´op non-actief stelling´), een ontslag of een ontslag op staande voet.
4. Vertrouwensbeginsel
Het vertrouwensbeginsel houdt in dat als je als werkgever opgewekt vertrouwen moet honoreren.
Wanneer je dus toezeggingen doet aan je werknemer of aan personeel dan zul je die toezeggingen in beginsel moeten waarmaken. Het gaat dan om vertrouwen waarop de werknemer gerechtvaardigd heeft mogen vertrouwen.
Te denken is aan: promotie, toekenning van een bonus, het accorderen van een te volgen cursus of opleiding etc.
5. Gelijkheidsbeginsel
Zonder geldige reden mag je als werkgever geen onderscheid maken op basis van afkomst, sekse, geslacht, huidskleur, geaardheid, beperkingen.
Een goed werkgever streeft naar inclusief en zorgt ervoor dat alle werknemers gelijke kansen krijgen, ongeacht de genoemde verschillen.
Het maken van verboden onderscheid is een vorm van discriminatie en leidt zonder meer tot slecht werkgeverschap.